Op deze
pagina staan vijftig kwaliteiten. Kies er 5 uit waarvan jij vindt dat jij ze
bezit. Schrijf deze kwaliteiten links. Gebruik de kleur groen.
Op deze
pagina staan ook vijftig valkuilen. Kies er drie uit die bij jou passen.
Schrijf deze drie valkuilen. Gebruik de kleur rood.
KWALITEITEN
1 Vrolijk
2 Enthousiast
3 Betrouwbaar
4 Serieus
5 Optimistisch
6 Netjes
7 Dapper
8 Ontspannen
9 Actief
10 Bescheiden
11 Alert
12 Spontaan
13 Creatief
14 Belangstellend
15 Verantwoordelijk
16 Zorgzaam
17 Avontuurlijk
18 Positief
19 Luisteraar
20 Intelligent
21 Ruimdenkend
22 Royaal
23 Gevoelig
24 Organisatorisch
25 Zorgvuldig
26 Eerlijk
27 Veelzijdig
28 Flexibel
29 Duidelijk
30 Liefdevol
31 Geduldig
|
32 Verdraagzaam
33 Behulpzaam
34 Sterk
35 Humoristisch
36 Zelfverzekerd
37 IJverig
38 Aardig
39 Zelfstandig
40 Handig
41 Rustig
42 Behoedzaam
43 Sympathiek
44 Sociaal
45 Joviaal
46 Leergierig
47 Dapper
48 Idealistisch
49 Kranig
50 Meegaand
|
VALKUILEN
1 Onzelfstandig
2 Brutaal
3 Verkwistend
4 Onvoorzichtig
5 Asociaal
6 Chaotisch
7 Drammerig
8 Wanhopig
9 Ontevreden
10 Streng
11 Overmoedig
12 Traag
13 Stil
14 Fanatiek
15 Opdringerig
16 Lui
17 Krenterig
18 Onhandig
19 Plagerig
20 Agressief
21 Onverschillig
22 Opschepperig
23 Arrogant
24 Jaloers
25 Perfectionistisch
26 Drammerig
27 Geremd
28 Angstig
29 Cynisch
30 Wispelturig
31 Gesloten
|
33 Bazig
34 Humeurig
35 Onrustig
36 Afwachtend
37 Loslippig
38 Klagerig
39 Slordig
40 Onzeker
41 Hebberig
42 Overbezorgd
43 Dwars
44 Overgevoelig
45 Meegaand
46 Saai
47 Egoïstisch
48 Kritisch
49 Verlegen
50 Rechtlijnig
|
Opdracht 1b: Jouw kwaliteiten en
valkuilen
Deze
opdracht gaat over jouw kwaliteiten. Kies uit de vijf kwaliteiten er twee om in
een verslag te schrijven. De twee kwaliteiten verwerk je dus in een verslag. In
het verslag staan de volgende punten beschreven:
1.
Welke twee kwaliteiten
heb je uitgekozen?
2.
Wat houden
die twee kwaliteiten in?
3.
Wat zijn de
voordelen van die kwaliteiten?
4.
Wat zijn de
nadelen van die kwaliteiten?
Titel: mijn kwaliteiten
Alinea 1: punt 1 en 2
Alinea 2: punt 3
Alinea 3: punt 4
Correct
Nederlands / lettergrootte 12 / lettertype Calibri
Doe je
opdracht in een verslag.
Deze
opdracht gaat over jouw valkuilen. Twee valkuilen
verwerk je in een verslag. In het verslag staan de volgende punten beschreven:
1.
Welke twee valkuilen
heb je uitgekozen?
2.
Wat houden
die twee valkuilen in?
3.
Hoe kom ik
aan deze valkuilen?
4.
Hoe verander
ik deze valkuilen?
5. Waarbij heb ik last
van deze valkuilen?
6. Welke voordelen heb
ik wanneer ik deze valkuilen verander?
7. Wat is het voordeel
voor mijn omgeving?
8. Welke stappen wil ik
maken in de verandering?
9. Als het lukt, beloon
ik mezelf als volgt.
Eisen:
Titel: mijn valkuilen
Alinea 1: punt 1 en 2
Alinea 2: punt 3
Alinea 3: punt 4
Alinea 4: punt 5
Alinea 5: punt 6 en 7
Alinea 6: punt 8 en 9
Correct
Nederlands / lettergrootte 12 / lettertype Calibri
Doe je
opdracht in een verslag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten